De uitdagingen van de Dutch Road Trip
Gepubliceerd op 05 mei 2020 door Niels Hendrix
Met tien iconische locaties waar de auto’s hun opwachting maakten, was de Dutch Road Trip een enorme technische uitdaging, met camera auto’s, meerdere drones, helm camera’s en afgesloten wegen door het hele land, terwijl menigten ontstonden om een glimp op te vangen van de Formule 1-auto’s in actie.
Nergens was die uitdaging groter dan in de nauwe paden van de kassen en veilingvloer van een van Nederlands grootste bloementelers, zoals Aston Martin Red Bull Racing support team coordinator, Mark Willes, uitlegt.
“Een Formule 1 auto is niet ontworpen om langzaam te rijden en zelfs met 90km/uur, wat de topsnelheid is van de vrachtwagen waar ons rijdersduo achter komt te zitten, heeft de auto het moeilijk. Het is niet goed voor de auto om de hele tijd in de eerste versnelling te rijden, de motor wordt te warm en we kunnen tegen problemen aanlopen. Deze auto’s zijn ontworpen om Grands Prix mee te racen en wat we ermee doen, is niet waarvoor ze gemaakt zijn.”
Support team manager, Tony Burrows, genoot ervan de Red Bull F1-auto’s naar de Nederlandse fans te brengen: “Eerder dit jaar hebben we de rondrit door Nederland gedaan, het thuisland van Max Verstappen. De auto’s reden door bloemenkassen, op een speciaal geprepareerd stuk van het strand en op het circuit. De opname in de kassen was mijn favoriete plek. Een Formule 1-auto omringd door bloemen, was een ongewoon gezicht. De kassen waren ter grote van een voetbalveld en het leverde geweldig beeldmateriaal op. Wat dit soort events het mooiste maakt, is dat het publiek de F1-auto van dichtbij kan zien en kan genieten van het geluid en de spanning rondom de opnames.”