Column Jos: Formule 1 in lastig parket
Gepubliceerd op 20 juni 2014 door Niels Hendrix
Jos Verstappen is nog altijd Nederlands meest succesvolle Formule 1-coureur ooit en vanzelfsprekend is hij de koningsklasse in de autosport altijd op de voet blijven volgen. Dit seizoen deelt Jos zijn mening met ons via een column in De Telegraaf, welke hieronder te lezen is.
“De populariteit van de Formule 1 staat onder druk. Woensdag staat het onderwerp op de agenda tijdens een meeting van belangrijke stakeholders in Londen. Ik kan me voorstellen dat mensen zich zorgen maken over de richting waarin de sport zich beweegt, Ferrari-baas Luca di Montezemolo voorop. Maar in zijn geval zullen de teleurstellende resultaten van Ferrari er ongetwijfeld ook iets mee te maken hebben.
Het is echter een feit dat het WK tot nu toe voorspelbaar verloopt. Mercedes heeft zes van de zeven races gewonnen en je kunt bijna op voorhand al voorspellen tussen wie de strijd zondag in Oostenrijk zal gaan. Bij de 24 Uur van Le Mans of de Deutsche Tourenwagen Masters is zoiets onmogelijk, daar is meer spanning. Bovendien wordt er op de baan intenser strijd geleverd. In de Formule 1 krijg je tegenwoordig al een drive through-penalty als je iets teveel ‘blokt’. Door de steeds striktere regelgeving lijkt het er soms op dat het racen een beetje te braaf is geworden. Dat mag wat mij betreft anders.
Maar er is nog een aantal aspecten dat de show in de Formule 1 ten goede zou komen. Allereerst hoort er een beter geluid bij. Sinds de introductie van de V6-motoren hoort het publiek alleen nog het piepen van de banden, waardoor de magie deels verdwenen is. Met het verlies aan pure snelheid valt het in mijn ogen nog wel mee, zeker als we straks één of twee jaar verder zijn met de ontwikkeling, maar wellicht verdient het aanbeveling reglementswijzigingen voor Formule 1 en GP2 voortaan synchroon te laten lopen. Want het is niet goed dat de snelste GP2-auto’s sneller zijn dan sommige Formule 1-auto’s, zoals nu het geval is.
Echter, ondanks alle kritiek moeten we vooral constateren dat Mercedes haar zaken waanzinnig goed voor mekaar heeft. Men is er in geslaagd een krachtbron te ontwikkelen die vele malen beter is dan Renault of Ferrari. Wat dat betreft heeft F1-baas Bernie Ecclestone het ook niet gemakkelijk. Hij wil de sport interessant houden, maar heeft steeds te maken met een team dat superieur is. De afgelopen jaren was dat Red Bull, nu Mercedes.
Daarnaast botst de wens van kostenbeheersing een beetje met het streven naar betere competitie. Want om competitiever te worden, zou een team meer moeten testen en heeft het dus meer geld nodig. Ik geloof nog steeds dat onderlinge samenwerking een deel van de oplossing zou kunnen zijn. Als teams hun technische kennis delen, kan dat enorm in kosten schelen. Nu heb je alleen Red Bull en Toro Rosso die samenwerken, maar ik zou me kunnen voorstellen dat Ferrari en Marussia zoiets ook gaan doen. Of vreest Ferrari misschien dat hun auto’s straks voorbij gereden worden door een Marussia?
Het komische van de totale discussie is wel dat we die voeren terwijl we vorige week een ongekend spannende race (Canada) met een verrassende winnaar (Daniel Ricciardo) gezien hebben. Dus hoe hoog is de nood? Ik heb zelf de race overigens gemist. Ik was in Lelystad, maar op het moment van de race viel de stroom uit. Gelukkig heb je dan tegenwoordig social media als Twitter. En dat is een ander dingetje: Er is dit seizoen sprake van dalende kijkcijfers in belangrijke markten als Engeland, Italië en Duitsland, maar tegelijkertijd biedt het internet enorme mogelijkheden. Daar moet je als sport op anticiperen. Het zegt genoeg dat iemand als Lewis Hamilton op Twitter ruim twee miljoen volgers heeft. Die moet je juist optimaal zien te bedienen in plaats van te negeren.”
Jos Verstappen